Jongeren tussen de twaalf en achttien jaar die naar de rechter moeten, krijgen altijd te maken met de kinderrechter. De kinderrechter ziet er hetzelfde uit als de gewone rechter. Het verschil is dat de kinderrechter in de meeste gevallen het jeugdstrafrecht toepast. Een verschil ten opzichte van het gewone recht is de hoogte van de straffen. Zo kan volgens het jeugdstrafrecht aan een minderjarige een maximale gevangenisstraf van twee jaar worden opgelegd, terwijl het gewone strafrecht een maximumstraf van levenslang kent. In sommige gevallen, als een zestien of zeventien jarige jongen of meisje een erg volwassen indruk maakt, kan de kinderrechter beslissen om het gewone strafrecht toe te passen.
Een ander verschil is dat een strafzaak waarin een jongere terechtstaat bijna altijd achter gesloten deuren plaatsvindt terwijl strafzaken tegen volwassenen bijna altijd openbaar zijn. Jongeren zijn kwetsbaarder en hun gedrag heeft vaak met hun leeftijd te maken.
Jongeren hebben nog een heel leven voor zich. Het zou daarom voor de jongere maar ook voor de maatschappij niet goed zijn als een misstap op jonge leeftijd de jongere de rest van zijn of haar leven blijft achtervolgen. De straf die de officier in de rechtszaal eist en de kinderrechter zal opleggen is er dan ook in eerste instantie op gericht om er voor te zorgen dat de jongen of meisje een betere toekomst tegemoet gaat. Zo zal een jonge crimineel bij voorkeur naar een instelling gestuurd worden waar hij of zij een vak kan leren en waar discipline wordt bijgebracht. Als de jongere dan later vrij komt kan hij of zij zich beter in de maatschappij handhaven.
Civiele rechtszaken
Kinderrechters zijn er niet alleen voor minderjarigen die iets strafbaars hebben gedaan. Zij worden ook ingeschakeld bij andere problemen. Zo mag een kinderrechter een minderjarige onder toezicht stellen als er thuis grote problemen zijn. De kinderrechter wijst dan een gezinsvoogd aan, die de ouders en kind(eren) helpt en ondersteunt. Een voorbeeld van zo’n zaak is het geval van de rechtbank Utrecht die in 2009 een dertienjarig meisje verbood alleen rond de wereld te zeilen.
Als de situatie thuis echt heel erg veel problemen geeft, kan de kinderrechter een minderjarige ook uit huis plaatsen. Dat betekent dat hij wordt ondergebracht in een pleeggezin of in een instelling voor jeugdzorg. Minderjarigen boven de twaalf jaar worden op dit soort verzoeken altijd zelf door de kinderrechter gehoord. Als je ouder dan twaalf bent mag je dus altijd zelf ook zeggen wat je er van vindt.
Pingback: Hoe zit jeugdzorg in elkaar? – Living w/o back-up